Vergelijking van principes van vrouwenhulpverlening en option
1) (Weer) vrijmaken van creatieve intelligentie (d.w.z. dat je een adekwaat antwoord weet op iedere situatie) door middel van pijn ontladen. Toestemming voor emoties: het huilen is niet de pijn!
Option: ‘you are your own best expert’. Pijn ontladen o.a. door erover te praten, je er bewust van te worden en te kijken naar de overtuiging die de pijn in stand houdt. Toestemming voor emoties en voor al het andere wat ter tafel komt is impliciet in niet-oordelende, liefdevolle houding.
2) De persoon is helemaal goed. Is als creatief, intelligent mens op de wereld gekomen, kan liefhebben, grenzen aangeven enz. Deze persoon verstart door onverwerkte pijnervaringen soms in patronen die ‘lastig’ zijn.
Option: ‘There are no bad people; only unhappy people, people with unhappy beliefs’. Er wordt vanuit gegaan dat de mens alles wat hij doet, doet om zo goed mogelijk voor zichzelf te zorgen, gegeven de overtuigingen die hij heeft. De goedbedoelende mens! Het kan goed zijn dat iemand een patroon radicaal wil afschaffen zodra hij/zij een overtuiging beziet en wil wijzigen. Want: ongelukkig zijn is niet onvermijdelijk. Het is iets dat we aangeleerd hebben om onszelf te motiveren.
3) Co-counselen: je bent allebei voor 100% verantwoordelijk als helper/werker (zelfhulp: je wisselt van rol). De hulpverleenster waakt ervoor dat zij niet het werk gaat doen voor de cliënte, te veel verantwoordelijkheid overneemt of gaat beschermen of ‘redden’.
Option: De cliënt is de enige die zichzelf kan helpen, is ‘her own best expert’, en die besluit om bepaalde hulp in te roepen of te gebruiken. De cliënt blijft aan het stuur. Je onderneemt als helper geen handelingen om de cliënt te beschermen tegen zijn eigen ‘unhappiness’ (emotionele reactie); dat wel doen heet ‘caretaking’. Iedereen is verantwoordelijk voor zijn eigen emotionele reactie.
4) Bewust worden van restimulatie: verwarren heden/verleden door in de sessie te verwijzen naar het hier en nu.
Option: Als dat in het verleden onder die omstandigheden gebeurde, waarom geloof je dan dat het nu weer zal gebeuren?
5) Balans tussen de goede werkelijkheid en de pijnervaring. Beide delen kunnen vertellen, het goede maakt soms de weg vrij voor het vertellen over de pijn. Bijv. in rondje ‘goed en nieuw’.
Option: Bedenken waar je blij mee bent, daar een gewoonte van maken.
6) Uitgangspunt: eenheid van lichaam, geest, ziel en emoties, en verbinding met andere mensen, culturen, de hele maatschappelijke context worden betrokken in het groeiproces van de vrouw. Samenhang lichamelijke, psychische en sociale problemen.
Option: Gaat uit van de mens als ‘body-mind’. Eenheid voelen, denken, handelen: authentiek zijn is belangrijk. O.a. door te vragen naar energetische uitstraling die opvalt, of door aandacht te besteden aan woordjes als ‘misschien’ of ‘eigenlijk’. Verder: wat je voelt is okee – en laten we eens kijken waarom je dit gevoel ergens bij hebt.
7) Seksespecifiek werken en vermaatschappelijken van persoonlijke ervaringen.
Option: werkt niet seksespecifiek, maar individu-specifiek, ervan uitgaande dat de belevenis van iedere persoon en de persoon zelf uniek is. Wil niet bij voorbaat patronen of modellen hanteren waarin mensen moeten passen. Gaat uit van de persoonlijke ervaring(sdeskundigheid) van iemand. Het stuk ‘vermaatschappelijken van persoonlijke ervaringen’ valt voor mij onder het ‘informatie verschaffen’ (indien de cliënt dat wil).
8) Positief labelen en inzichtelijk maken van overlevingsstrategieën door te wijzen op hun functie, noodzaak en kracht. Positieve kanten, trots op zichzelf zijn.
Option: Basishouding van onvoorwaardelijke liefde straalt uit dat álles van de werker wat de helper betreft okee is. Inzichtelijkheid d.m.v. vragen als: dus je zegt eigenlijk dat je …. deed om …. te bereiken? In principe help je de persoon om zelf met nieuwe ogen naar de strategie te kijken en hem eventueel positief te labelen. Zodra iemand begrijpt waarom ze iets doet, volgt een dergelijke opgeluchte positieve waardering al vaak vanzelf. Je helpt iemand om weer op zichzelf te gaan vertrouwen door telkens naar haar eigen weten en intuïtie te gaan.
9) Basishouding van respect en erkenning van de cliënte, achter haar staan, veiligheid bieden door vertrouwensrelatie op te bouwen, doorzichtigheid van de hulpverlening.
Option: Basishouding van onvoorwaardelijke liefde, (niet-oordelen en houden van geeft veel veiligheid en ruimte) en ‘being present’ (goede aandacht). Cliënt is ‘own best expert’ (dat houdt respect en erkenning in), uiteraard sta je daarom achter haar. Hulpverlening uiterst doorzichtig: bijv. je kunt zelfs een boekje aanwijzen met de principes waar je mee werkt.
10) Voor de vrouwenhulpverleenster is de hulpvraag van de cliënte richtinggevend. Recht op zelfbeschikking, vergroten autonomie cliënte.
Option: Yes!
11) Vrouwenhulpverleenster is duidelijk over haar hulpverleningsaanbod, haar grenzen in het werk en de grenzen van de instelling waar ze werkt.
Option: Authentiek zijn (van helper) is belangrijk; dat houdt ook in je eigen grenzen aangeven. Ik heb leren werken met beperkingen in tijd, bijvoorbeeld door een afsluitende vraag ‘mee te geven’. Er is als je bij een instelling werkt een extra stuk grens aan je functie daar als medewerkster en aan je aanbod. Dat heeft op zich niets met Option te maken maar het ‘bijt’ elkaar natuurlijk niet.
12) Hulpverleenster faseert het proces en doseert haar interventies.
Option: Afhankelijk van de vorm/functie van het gesprek: interventies volgen als cliënte daar ruimte voor laat. Fasering etc. gaat in principe van de cliënte uit: die stuurt. Vraagstelling van hulpverleenster kan overigens wel zo werken dat cliënte meer duidelijkheid krijgt in een ‘warboel’. Maar in principe is de vraag aan de cliënte: ‘wat wil je?’.
13) De hulpverleenster werkt doelgericht en procesmatig met de cliënte aan de hulpvraag; naar aanleiding van gebeurtenissen in het dagelijks leven kan een relevant thema in het hier en nu voorrang krijgen.
Option: Komt grofweg overeen: helper vraagt om verduidelijking, voorbeelden, emoties en overtuigingen naar aanleiding van door werker aangedragen ‘probleem’. Als iets uit het hier en nu blijkt te ‘storen’ (bijv. iemand wordt afwezig), dan wordt over dat signaal een vraag gesteld en krijgt dat stuk voorrang.
14) Als hulpverleenster probeer je te voorkomen dat het proces bestaat uit ‘praten over’, maar schep je voorwaarden om te kunnen beleven, delen, doorwerken en doorvoelen.
Option: Ja.
Belangrijk bij Option is verder een heel open geest: ook al denk je iets te zien of te weten of te begrijpen, je vraagt er toch naar totdat iets in duidelijke woorden is gezegd. Dat geeft bewustwording bij de cliënt en voorkomt onjuiste aannames bij de helper. Deze open geest uit zich ook in het niet-oordelen, dingen zijn niet ‘vanzelfsprekend naar’, bijvoorbeeld, je vraagt eerst hoe iemands eigen belevenis is.
Tenslotte zet Option zo weinig mogelijk beperkingen op de mogelijkheden die iemand heeft in het leven, houdt daarin ook zoveel mogelijk open.